
Het was een enerverende dag. Ik heb vandaag mijn broertje Abraham gevonden en eigenhandig ingerekend. Nou ja, eigenhandig: ik had de hulp van een voorbijganger nodig om hem gevangen te nemen en naar huis te begeleiden, maar dat is dus gelukkig gelukt.
Voor Abraham was dit minder gelukkig: bij thuiskomst heeft David hem met de roede gegeven. Mijn broertje zal voorlopig nog wel even last hebben van zijn achterste. Ik snap heel goed dat David boos op Abraham is, met alle ellende die hij ons heeft bezorgd, maar ik heb ook wel weer met hem te doen. Abraham is geen kwaaie.
Later op de middag heeft David Abraham met de marktschuit naar Delft gebracht om hem weer bij broeder Hendrik onder te brengen. Voor zolang het duurt…
Het weer van 28 november 1624:
“Doorgaende mottig, doncker, ende vochtig weder met stofregen voor ende naer.”