“Prins Maurits schijnt doodziek te zijn.”

Nou, ons vlees voor komende winter is geregeld! Jaccomijntje kwam vandaag 75 pond rund brengen die ze voor David op de ossenmarkt had gekocht. David heeft gelijk een ton en andere toebehoren geregeld opdat de zouter meteen aan de slag kon. De oude man is van 7 tot 8 bezig geweest met het zouten, terwijl David voor hem op zijn viool speelde. De zouter was best snel klaar en had nog behoorlijk wat zout over. Dat is mooi, want nu kunnen we een deel daarvan doorverkopen.

Via de meid van de familie Delafaille bereikte ons vandaag de tijding dat stadhouder Maurits, prins van Oranje, doodziek van Breda onderweg is naar Den Haag. David is gelijk naar het Binnenhof geijld om te horen of het waar is, want dat zou verschrikkelijk zijn.

Vanmiddag kwam tante Liesbeth ons een heerlijke hutspot van haar os brengen. Die hebben David en ik, nadat hij thuis kwam van het Binnenhof, samen met de kinderen bij het vuur gegeten. Hoewel Maurits dood noch begraven is, hadden David en ik sombere gesprekken over hoe het de Republiek na de dood van de stadhouder zal vergaan. Maurits is nog geen zestig jaar oud, maar hij kampt met een slechte gezondheid: heel lang zal hij toch niet meer te leven hebben. Zijn broer Frederik Hendrik zal hem opvolgen. Deze graaf schijnt een goed veldheer te zijn, en dat is in tijden van oorlog belangrijk, maar hij is volgens David religieus wat slap in de leer en staat bovendien bekend als een rokkenjager. David betwijfelt dus of Frederik Hendrik wel zo geschikt zal zijn als stadhouder.