“Zelfs voor de blaas van haar os heeft tante al een bestemming.”

Den Haag, vrijdag 1 november 1624

Ik was vanmiddag even langs bij tante Annetje. Zij overweegt een os te kopen, of in ieder geval een deel van een os, en ze heeft mij en Jaccomijntje uit de doeken gedaan wat er vervolgens met het beest gaat gebeuren. Ze sprak heel beeldend, vooral omdat ze weet dat Jaccomijntje niet bestand is tegen dit soort bloederige verhalen. We hebben erg moeten lachen met elkaar.

Als de aankoop rond is, laat tante het beest door de slachter slachten. Van het opgevangen bloed wordt bloedworst gemaakt. Tantes suggestie dat dit heel smakelijk is met gestoofde appeltjes nam niet weg dat Jaccomijntje wat pips begon te zien. De slachter snijdt het beest dan open om de organen eruit te halen. Van de organen en het ossenvet wordt ook worst gemaakt, zo vertelde ze. Het opengesneden beest wordt vervolgens aan een ladder te drogen gehangen tot het vlees voldoende bestorven is om verder te verwerken. Tante Annetje wil een deel laten zouten en drogen als wintervoorraad, dus haar schouw zal binnenkort wel weer volhangen met allerlei vleeswaren.

Zelfs voor de blaas van het dier heeft tante al een bestemming: die mag Adriaan hebben om er bal van te blazen! Adriaan zal dat vast heel leuk vinden, maar Jaccomijntje zag een beetje groen na dit verhaal.

Ik vond tantes uitleg wel vermakelijk. Bovendien: als je dan toch zo’n kostbare aankoop doet, dan kun je de os maar beter van kop tot staart gebruiken, lijkt me. Tante wil ook nog een vrolijke harst-maaltijd organiseren waarbij ze haar gasten vers vlees van haar os zal voorschotelen. Dat is ook waarom de slachttijd zo’n gezellige tijd van het jaar is.

David heb ik nog niet gehoord over de aankoop van vlees, maar ik neem toch aan dat hij ook dit jaar een voorraad wil aanleggen voor de winter.

Het weer van 1 november 1624:
“Den 1en helderen ende heerlijck weder met Oostelijcken wint ende geduerigen sonneschijn.”

Reageer op deze dag

Deel deze dag