
Iedereen is met het liefdesverdriet van mijn broer David begaan, zeg! Al vanochtend vroeg was broer Steven hier om te kijken of David nog leven en moed heeft. Verder kwam Breckerveld verschillende keren langs, net als Jaccomijntje en oom Adriaan. Broer Hendrik stuurde uit Delft een briefje om David op te vrolijken. Maar er is niemand die zich om mij bekommert! Ik ben het kleine zusje dat er niet toe doet.
Met David gaat het overigens wel weer. Zo goed zelfs dat hij Hendrik een uitgebreid epistel over zijn romantische avonturen terugstuurde. Hij keek nogal tevreden toen hij de brief naar de postschuit ging brengen, dus het zal wel weer een zoet en genoeglijk verhaal geworden zijn. Laat het maar aan mijn broer over om van elk wissewasje in het leven een geschreven kunststukje te maken!
Oom Adriaan wist overigens te vertellen dat professor Meursius door Koning Christiaan IV van Denemarken gevraagd is om superintendent te worden van de universiteit in Soro in Zweden: een hele eer.
Het weer van 22 oktober 1624:
“Schoon helder (edoch allenxkens kout) weder, nevelende heel dicht aen den Avont.”