“Ik zit bij het olielampje te knikkebollen.”

Den Haag, zaterdag 21 september 1624

Slechte nacht achter de rug. David liep al om half drie vannacht nerveus door het huis te scharrelen. Adriaan en Sara werden er natuurlijk wakker van, Roeltje begon te huilen en ik heb geen oog meer dicht gedaan.

Het is ook een hele onderneming, zo’n reis naar Amsterdam. David reist eerst naar Leiden en zal daar wachten op broer Hendrik die uit Delft komt lopen. Samen nemen ze dan de schuit naar de Amsterdamse Overtoom en vandaar gaan mijn broers met een wagen de stad in. Ze zijn alles bij elkaar wel tien uur onderweg. Tja, je moet er wat voor over hebben. En ik weet inmiddels uit ervaring hoe leuk het daar is!

De komende dagen ben ik dus alleen thuis met de kinderen. Dat is ook wel eens prettig. Vandaag waren de kleintjes weliswaar een beetje uit hun doen, maar dat verbaasde me ook niet na die gebroken nacht. Tijdens de avondportie deden ze niets dan gapen dus ik heb ze vroeg naar bed gebracht. Ik kruip er zo zoetjes aan ook maar eens bij, want ik zit hier bij het olielampje te knikkebollen.

De Overtoom

Het weer van 21 september 1624:
“Des morgens vroeg kout ende windig weder met Oostelijcken wint, maer voorts alle de dag schoon weder ende de wint Zuijdelijck.”

Reageer op deze dag

Deel deze dag