“David was bij de kleermaker op bezoek.”

Den Haag, donderdag 22 augustus 1624

Ik heb David vandaag nauwelijks gezien. Vanochtend vroeg ging hij bij verschillende mensen een boodschap doen. Ik weet dat hij vandaag het halfjaar huur moest betalen bij onze huisbaas advocaat Van Assendelft. Na terugkomst heeft in zijn comptoir zitten rommelen tot hij naar zijn schooltje moest. Vanmiddag hadden zijn pupillen vrij, maar toen heeft David zich opnieuw in zijn kantoortje opgesloten en daar heeft hij in stilte zitten schrijven en in de Bijbel gelezen. Met mij en de kinderen heeft hij amper een woord gewisseld.

Tegen de avond is hij bij onze kleermaker Berend Zwidde op bezoek gegaan. David vindt een verweduwde buurman dus prettiger gezelschap dan zijn eigen huisgezin? Blijkbaar heeft hij daarna nog een wandelingetje gemaakt, want hij kwam net helemaal doorweekt van de regen thuis. Nu ligt hij in bed. Hij heeft duidelijk een paar roemers wijn op, want ik hoor gesnurk.

Het weer van 22 augustus 1624:
“Het was al den dag over schoon doch zoel ende mottig weder. Onderwijlen blixemde, donderde ende regende het zoo schrikkelijck (ende dat continueerde tot over midnacht) als of de hemel ende aarde zoude vergaen.”

Reageer op deze dag

Deel deze dag