
Vanwege de hitte heb ik vandaag maar weinig gedaan. De noodzakelijke karweitjes deed ik vanochtend in alle vroegte en de rest van de tijd heb ik met Adriaan en Sara onder de poort gezeten, de enige plek waar nog een beetje verkoeling te vinden is. Ikzelf heb wat zitten handwerken, terwijl de kinderen zoet waren met hun speelgoed en een emmertje water. We waren er allemaal op gespitst of we Abraham thuis hoorden komen, maar helaas.
David zat ondertussen op zijn comptoir gedichten te schrijven en speelde voor het eten nog viool in zijn schooltje. Ik vraag me zo af en toe toch af of de buren daar geen last van hebben, zeker nu met de hitte alle ramen open staan.
We hadden in de loop van de middag nog aanloop van Breckerveld en Jaccomijntje, en ook zij brachten geen nieuws over Abraham. Waar hangt hij nou toch uit?
Het weer van 10 augustus 1624:
“Weder als boven.”