“David vindt me koppig, eigenwijs en ongedienstig.”

Den Haag, dinsdag 9 juli 1624

Wat een rotdag! Ik kreeg vanmiddag aan tafel een preek van David. Mijn broer verwijt mij koppigheid, eigenwijsheid, onvriendelijkheid en ongedienstigheid. Hij vindt dat ik meer aan mezelf denk dan aan hem en zijn gezin, en begon te zeuren dat hij me naast kost en inwoning ook nog eens 42 gulden op jaarbasis uitbetaalt. Blijkbaar vindt hij dat hij voor dat geld meer van me mag verwachten. Maar wat wil hij dan?! Ik ben de hele dag al aan het sloven en achter zijn kinderen aan het aanrennen, terwijl meneer ondertussen gewoon zijn gang gaat, zonder ook maar een tel rekening met ons te houden. Ik ben echt zo boos!

Het is niet dat ik het niet zag aankomen, want de sfeer is al een paar weken om te snijden. Blijkbaar was hij vandaag ineens mans genoeg om me aan te spreken. Vervolgens stuurde hij vanmiddag Jaccomijntje op me af om een woordje met me te babbelen. Mijn bloedeigen vriendin! Mooi dat ik haar niet heb binnengelaten. Ze zal vervolgens wel naar Davids school zijn gelopen om verslag uit te brengen en hem te vertellen hoe koppig ik ben.

Vanavond was ik blijkbaar wel weer goed genoeg om voor broer Hendrik, Breckerveld en zijn vrouw Jenneke en David een portie van komkommer en bonen te maken. Maar een gebaar van dank: ho maar! Ondertussen kwam oom Adriaan ook nog langs om zijn beklag te doen over van alles. Ik snap niet wat die man toch altijd komt mopperen, alsof we zelf niks aan ons hoofd hebben.

Het weer van 9 juli 1624:
“Weder als boven, droog, fris ende koel, met ongeduerigen sonneschijn.”

Reageer op deze dag

Deel deze dag