
Zondag rustdag. Ja ja. Nou, dat viel tegen. Vanochtend zijn we in de Kloosterkerk ter predicatie geweest. Tussen de middag heb ik met mijn broers David, Hendrik en de kinderen spek en peen gegeten. Daarna zijn we naar Scheveningen gewandeld om vanaf het hoge duin de storm te zien, want het is ineens slecht weer geworden. Vervolgens moest ik met de kinderen weer op een drafje naar huis, want David had voor de avondportie gasten uitgenodigd.
Ik heb gauw een stuk kalfsvlees in de pot gesmoord en had ook nog wat andere lekkernijen klaargemaakt. Onze gasten arriveerden rond acht uur: tante Annetje, Mr. Beerent de kleermaker met zijn vrouw Anneke, broer Steven en natuurlijk Herman Breckerveld. Jaccomijntje was ook uitgenodigd, maar die kwam een half uur te laat omdat ze in het logement nog een taakje moest doen voor tante Annetje. We hebben met z’n allen een genoeglijke avond gehad. Iedereen ging pas net om 11 uur de deur uit. David begeleidt onze gasten nu naar huis. Ik ruim nog even snel de boel op en dan ga ik moe maar voldaan naar bed.
Het weer van 30 juni 1624:
“Voormiddags graeu, duijster ende regen-weder zonder zonneschijn, maer de Naermiddag helder met sonneschyn, doch al den dag door woeij ende stormde het zeer sterck uijt den Noortwesten.”