Delen
Vanochtend, toen ik terugkeerde van de markt, stond tante Liesbeth hier op de stoep. David had haar uitgenodigd om een keuze te maken uit de kleding van Roeltje, mijn overleden schoonzusje. Tante heeft heel lang staan twijfelen, maar uiteindelijk koos ze voor de paarse borstlap. Het is een mooi exemplaar. Tijdens de kermis verleden jaar heeft Roeltje hem nog gedragen. Over een paar dagen komt tante de borstlap ophalen.
Vanmiddag hebben Jaccomijntje en ik op ons binnenplaatsje weer eens goed bijgekletst, terwijl de kinderen rustig speelden met hun emmer water. Het belangrijkste onderwerp van gesprek was Jenneke, Breckervelds huisvrouw. Zij blijkt vandaag zonder Breckerveld naar Arnhem te zijn vertrokken voor familiebezoek. Maar zoals David het verwoordde gaat ze met name terug om ‘een memmeke te zogen’. Ofwel: ze heeft zoveel heimwee hier in Den Haag dat ze terug gaat naar de moederborst. Arme Breckerveld! Je zal met zo’n sneu type getrouwd zijn….
Het andere nieuwtje dat Jaccomijntje en ik bespraken, komt uit het dagboek van David. Ik heb gistermiddag in zijn comptoir nog een stukje zitten lezen. Ik ben er eindelijk achter naar wie de bewuste ‘sterretjes’ in zijn dagboek verwijzen: het betreft ene ‘joffer S.G.’, in de buurt van het Noordeinde. Blijkbaar is ze een kennis van tante Annetje, dus met enig speurwerk komen Jaccomijntje en ik misschien nog wel meer te weten. We hebben er vanmiddag alvast heerlijk over zitten roddelen.
Een iets minder vrolijk onderwerp dat we bespraken was de pest. Ook Jaccomijntje maakt zich zorgen en hoewel dat niets oplost, is het wel geruststellend dat ik niet de enige ben die soms wakker van ligt van die nare ziekte.
Het weer van 13 juni 1624:
“Regende het des morgens een kort duyrige doch lustige schouw, was over dag schoon weder, maer tegen de avont ten 7 1/2 uijr regende het wederom een swaren vlage, doch niet langduijrende.”
