“Wat een zenuwtoestand is zo’n huwelijk eigenlijk.”

Den Haag, woensdag 17 april 1624

Het was lekker zomers weer vandaag. David heeft vanochtend, voor hij naar zijn school ging, de brief naar ons broertje Abraham in Arnhem verzonden. Ik hoop dat Abraham mijn schrijfsels in goede orde zal ontvangen. David heeft ook een brief verstuurd aan Abrahams leermeester Herman Jansz. Ik ben benieuwd wat daar in staat.

Vanmiddag is bruidegom Breckerveld hier weer verschillende keren langs geweest, omdat hij van allerlei nodig had van David in verband met zijn huwelijk: een aanbeveling en een briefje om korting te krijgen op de uitzet. Nu zal Jenneke de laatste jaren wel druk gewerkt hebben om haar linnenkast op orde te krijgen, maar een huishouden heeft meer nodig dan textiel alleen: Breckerveld is bezig met het aanschaffen van meubels, potten, pannen, schotels en teljoors. Hij is er maar druk mee.

Wat een zenuwtoestand is zo’n huwelijk eigenlijk. Toch zou ik zelf ook wel willen trouwen. Maar ik heb ook grote bewondering voor tante Annetje, Davids schoonmoeder. Sinds het overlijden van haar echtgenoot, Lambrecht Segersz van Belle, een paar jaar geleden bestiert zij in haar eentje het logement De Rooster hier verderop in de Hoogstraat. Zij is een heel zelfstandige vrouw: ze doet zelf de onderhandelingen met haar brouwer in Delft.

Het weer van 17 april 1624:
“Heerlijck schoon ende warm Somer-weder ende noch al oostelijcken wint.”

Reageer op deze dag

Deel deze dag