
David had tegen de avond meester Paulus van der Dussen op bezoek voor een pot Bredaer bier, dus toen kon ik even ongehinderd naar tante Annetje en Jaccomijntje. Ik heb Jaccomijntje daar bij het licht van een olielamp uit een boek voorgelezen, want zelf leest ze nog steeds niet. Ik vraag me af of dat ooit nog zal gebeuren, want zelfs David, die toch schoolmeester is, neemt niet de moeite om het haar te leren.
Tegen etenstijd ben ik snel naar huis gegaan om voor de kinderen te koken. David ging ondertussen de deur uit om bij tante Annetje op de portie te gaan. Het is inmiddels tien uur geweest en hij is nu pas weer thuis. David vertelde dat hij ook nog bij Breckerveld is geweest, om zijn tekeningen te bekijken. Ik zou ze ook wel eens willen zien.
Het weer van 2 februari 1624:
“Zacht weder met schoonen Sonneschijn ende zomtyts wat sneeuwende, doyende des morgens een weyinig.”